Imágenes de páginas
PDF
EPUB

n.

Nederlandsche Koloniale Politiek.

69. Hogendorp, G. K. Grave van. Bijdragen tot de huishouding van staat in het Koningrijk der Nederlanden, verzameld ten dienste der Staten Generaal. In 's Gravenhage, 1818, 18, 19, 20, 20, 23, 23, 24, 24, 25. 10 dln. 8°. Met tabellen.

71. Handelingen van de Regering en de Staten-Generaal, over de herziening der Grondwet. 's Gravenhage, 1840, 40, 41, 42. 4 dln. 8o.

3. Redevoering van Z. Exc. den Minister van Koloniën, uitgesproken in de... Tweede Kamer der Staten-Generaal, den 4 Dec. 1845, over de regeling van het gebruik van het koloniaal batig slot in 1844. (Door critische aanteekeningen toegelicht.). Amsterdam, 1845. 8o.

66. Handelingen omtrent het voorstel van negen leden der Tweede Kamer van de Staten-Generaal, tot herziening der Grondwet, in 1845, en omtrent het voorstel van J. T. H. Jhr. Nedermeijer Ridder van Rosenthal. 's Gravenhage, 1846. 8°.

35. Kruseman, J. Vrijmoedige gedachten over koloniale aangelegenheden. 3 Stuk. Adres aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal over Art. 56 van het Ontwerp van Grondwet. 's Gravenhage, 1848. 8o.

61. Thorbecke, Mr. J. R. Bijdrage tot de herziening der Grondwet. Leiden, 1848. 8°.

70. (

e. a.). Ontwerp van gewijzigde Grondwet van het Koningrijk der Nederlanden, benevens het verslag der Commissie aan den Koning. 's Gravenhage, 1848. 8°.

67. Handelingen van de Regering en de Staten-Generaal, over de herziening der Grondwet. 1847-1848. 's Gravenhage, 1848, 49, 49. 3 dln. 8°. 41. Nes, Mr. J. F. W. van. Eenige beschouwingen over koloniale aangelegenheden. Met Vervolg. 's Gravenhage, 1848, 49. 2 stukken. 8°.

7. Smulders, C. M. Geschiedenis en verklaring van het Tractaat van 17 Maart 1824, te London gesloten tusschen Nederland en Groot Brittannië, ter regeling van de wederzijdsche belangen en regten in Oost-Indië. Acad. Proefschr. Utrecht, 1856. 8°.

72. Capadose, Mr. I. Regtsvragen, betreffende het contraseign der Ministers. (Overdruk Nieuwe Bijdragen voor Regtsgeleerdheid en Wetgeving", VII). (Amsterdam, 1858). 8°.

5. Bake, Mr. R. W. J. C. Iets over de Oost-Indische aangelegenheden van den dag. Een antwoord, aan het Amsterdamsche Handelsblad en het Handels- en Effectenblad, en enz. Amsterdam, 1859. 8°.

63.

43.

Verhandeling over de vraag: Welk aandeel heeft het volk van Engeland en bij ons in Nederland in het beheer der Koloniën gehad; en is voor ons een Raad van Koloniën noodzakelijk geworden? Voordracht. 's Gravenhage, 1859. 8°.

Zal het opperbestuur over de koloniën den Koning ontnomen worden? Eene vraag aan de Staten-Generaal. Amsterdam, 1859. 8o. 20. Philalethes [= Lion, I. J.]. De parlementaire regeringsvorm, in verband beschouwd met het voordeelig en rustig bezit van N. Indië. 's Gravenhage, 1859. 8°.

28.

12. (

Indie's grieven en Nederlands onregt, getoetst aan de waarheid en de feiten. 's Gravenhage, 1859. 8°.

). De Nieuwe Rotterdamsche Courant contra Philalethes. (Overdruk Weekblad „Nederlandsch Indië"). ('s Gravenhage, 1859). 8°.

10. Philalethes [= Lion, I. J.]. De regten des Konings en de MotieWintgens. 's Gravenhage, 1860. 8°.

38. Riesz, C. H. F. De Tweede Kamer en Hare Zittingen van 27 April, 10, 11 en 12 Mei. 's Gravenhage, 1860. 8°.

56 & 56a. Waal, E. de. Nederlandsch-Indië in de Staten-Generaal sedert de Grondwet van 1814. Eene bijdrage tot de geschiedenis der koloniale politiek in Nederland. 's Gravenhage, 1860, 61, 61. 3 dln. 8°. [2 Ex.] 65. Debatten (Koloniale). Verzameling van het verhandelde in de beide Kamers der Staten-Generaal, met betrekking tot de Bezittingen en Koloniën van het Rijk in andere werelddeelen, over de jaren 1814-1865. Uitgegeven onder toezigt van Jhr. J. P. Cornets de Groot van Kraaijenburg. Vierde Tijdvak, Zittingjaren 1848-1859, 1°—2o Afl. [Alles wat verscheen). Vijfde Tijdvak, Zittingjaren 1859-1865, 1°—14° Afl. (Compleet]. 's Gravenhage, (1860–67). 16 afl. in 2 bdn. fol. [Verder niet voortgezet.]

8.

„Liberale koloniale oppositie" (De) in Nederland, en hare rigting met betrekking tot Indië. (Overdruk „Amsterdamsche Courant"). (Amsterdam), 1861. fol.

29. Conservatieve partij (De), wat zij wil en immer gewild heeft op koloniaal gebied. 's Gravenhage, 1862. 8°.

4.

Ministerie (Het) Thorbecke en zijne daden op koloniaal gebied. [Overdruk: „Nieuw Dagblad van 's Gravenhage"]. 's Gravenhage, 1862. 8°. 68. Wintgens, Mr. W. Redevoeringen en adviezen in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. (Met Aanteekeningen.) 1849-1861. 's Gravenhage,

1862. 8°.

1. Hoëvell, Dr. W. R. van. Parlementaire redevoeringen over koloniale belangen. I. 1849-1854. II. 1854-1856. III. 1856-1859. IV. 1859-1862. Zalt-Bommel, 1862, 63, 64, 65. 4 dln. gr. 8°.

54. Bosscha, J. Kroon en Ministers. Amsterdam, 1863. gr. 8°.

53.

Cornets de Groot van Kraaijenburg, Jhr. J. P. Bijdrage tot beoordeeling van het geschrift: „Kroon en Ministers". 's Gravenhage, 1863. 8°.

33. Nemo [= Beerstecher, L. H.]. De koloniale kwestie, in verband met de verwerping, door de Eerste Kamer, van Hoofdstuk IX der Staatsbegrooting. Kampen, 1863. 8°.

57. Waal, E. de. De koloniale politiek der Grondwet en hare toepassing tot 1 Februarij 1862. Een historisch handboek. 's Gravenhage, 1863. 8°. 32. Hervormer (Een koloniaal). [Beoordeeling van: Parlementaire redevoeringen over koloniale belangen, van Dr. W. R. van Hoëvell. Dl. I—II). (I—VI). (Overdruk „De Tijdspiegel"). (Arnhem, 1863, 64). 2 stukken in 1 bd. 8°.

30. Bekking, H. C. Nederlandsch Indië en het Ministerie Thorbecke. Open brief aan Mr. A. F. Jongstra. 's Gravenhage, 1864. 8o.

74. Hogendorp, G. K. Grave van. Bijdragen tot de huishouding van staat in het Koningrijk der Nederlanden, verzameld ten dienste der Staten-Generaal. Tweede verbeterde uitgave onder toezigt van Mr. J. R. Thorbecke. Amsterdam, enz. [1864]. 10 dln. in 5 bdn. 4o.

34. Jonckbloet, Dr. W. J. A. Het koloniale vraagstuk in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Eene studie. Amsterdam, 1865. 8°.

48. Roorda van Eysinga, S. E. W. Eene ontleding van „Onze koloniale staatkunde". Amsterdam, 1865. 8°.

47.

Trekt Nederland batige saldoos ten koste van Java? Tweede adres aan de Tweede Kamer. Een getuigenis à decharge. Amsterdam, 1865. 8°.

27. Staatkunde (Koloniale). Door een Oost-Indisch oud-hoofdambtenaar; naar aanleiding van een gelijk geschrift, waarin een beroep op het Nederlandsche volk wordt gedaan. Arnhem, 1865. 8°.

26. Taunay, J. F. Zult gij blijven sluimeren? Een woord tot mijne medeburgers over koloniale belangen. Haarlem, 1866. 8°.

2. Wintgens, Mr. W. Conservatieve koloniale politiek. Redevoeringen over koloniale onderwerpen in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. (Met Aanteekeningen en Bijlagen.) 's Gravenhage, 1866. 8°.

37. Interpellatiën (De aanstaande) in de Tweede Kamer der StatenGeneraal. Proeve van een parlementair tafereel door een aspirant stenograaf. Amsterdam, 1867. 8°.

61. Heldring, B. Nederland en Indië. Amsterdam, 1868. 8o.

24. (Keuchenius, L. W. C.). Eene stem in Indië, ook tot Nederland. (Overdruk Nieuw Bataviaasch Handelsblad"). Batavia, 1868. 8°.

[ocr errors]

51. Bosch Kemper, Jhr. Mr. J. de. De staatkundige geschiedenis van Nederland tot 1830, geschetst. Met Letterkundige Aanteekeningen. Amsterdam, 1868, 71. 2 din. 8°. [Handleiding tot de kennis van de wetenschap der zamenleving en van het Nederlandsche Staatsregt, II, afl. 1-2.]

59. Groen van Prinsterer, Mr. G. Aan de conservatieve partij. II. Het koloniale vraagstuk. Amsterdam, 1869. 8°.

15.

Mr Keuchenius en zijne wederpartijders in 1869. Eene karakterstudie. Amsterdam, 1869. 8°.

16. Hoeven, Mr. H. A. des Amorie van der. Het streven der Indischradicalen. Een woord aan Nederlandsche Christenen. Amsterdam, 1869. 8°. 25. Keuchenius, Mr. L. W. C. Eene stem in Indië, ook tot Nederland. (Met een Voorwoord.). 's Gravenhage, 1869. 8°.

14. Woord (Een) over het koloniale vraagstuk in Nederland, in den aanvang van 1869. (Overdruk „Gorinchems Weekblad"). Gorinchem,

1869. 8°.

6. [Herwerden, J. D. van]. Het wets-ontwerp voor de Indische begrooting, dienstjaar 1871. [Overdruk „Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage"]. 's Gravenhage, 1870. 8°.

13. Joosten, A. C. Bijdragen tot de oplossing der koloniale questie. Amsterdam, 1870. 8°.

45. Vliet, L. van Woudrichem van. Wat willen de geavanceerd" liberalen? Een woord naar aanleiding van den tegenwoordigen crisis. Amsterdam, 1870. 8°.

44. Wintgens, Mr. W. De pligt van Nederland jegens eigene zelfstandigheid en Java's nationaliteit. Redevoeringen in de Tweede Kamer der Staten Generaal. (1866—1867). 's Gravenhage, 1870. 8°.

58. Fransen van de Putte, I. D. Parlementaire redevoeringen. I. (Van Mei 1862-Sept. 1863). II. (Van Sept. 1863-Sept. 1865). Schiedam, 1872, 73. 2 dln. gr. 8°.

52. 's Jacob, Mr. E. H. Waarheid of Vuurwerk? Een parlementair geding aan hoogere uitspraak onderworpen. Politische studie. 's Gravenhage, 1873. 8°.

55. Bosch Kemper, Jhr. Mr. J. de. Geschiedenis van Nederland na 1830. Met Aanteekeningen en onuitgegeven stukken. [Dl. V uitgegeven door B. de Bosch Kemper]. Amsterdam, 1873, 74, 75, 75, 82. 5 din. 8°. 11. Wintgens, Mr. W. Redevoeringen in de Tweede Kamer der StatenGeneraal. [I]. (1866-1873). Met een Aanhangsel (1850-1865). [II—VI]. (1873-1883). Met Aanteekeningen. [VII]. (1883-1884). Met Aanteekeningen en Bijlagen. 's Gravenhage, 1873, 75, 77, 79, 82, 83, 84. 7 dln. 8°.

46. Volksman, Teunis. Gronden tot verandering van artikel 194 der Grondwet. 's Gravenhage, 1875. 8°.

39. Huet, Cd. Busken. Nationale vertoogen. Amsterdam, 1876. 2 dln. 8°. 50. (Berg, N. P. van den). Mist het protest tegen de Bijdrage" een op recht en billijkheid steunenden grondslag? Brief aan den heer Mr. F. Alting Mees. Batavia, 1878. 8°.

42. (-). Nederlands politiek tegenover Indië. Brief aan den heer Mr. J. van Gennep. Batavia, 1878. 8°.

49. Brooshooft, Mr. P. Geef Indië wat Indië's is! De „Bijdrage" als sluitpost verdwijne van de Indische begrooting, het Indisch „Batig slot" uit de Nederlandsche schatkist. Koloniaal-staatkundige beschouwingen. (Overdruk „Samarangsche Courant"). Samarang, 1878. 8o.

40. Vlugschriften over Indische aangelegenheden door C. E. van Kesteren en anderen. I-II. Eenige kantteekeningen op de Indische begrooting voor 1879 door een Indisch ambtenaar. Met Vervolg. Amsterdam, 1878. 2 stukjes. 8°. [Verder niet verschenen.]

21. Wintgens, Mr. W. Onze toestand in Indië. Redevoeringen over de begrooting van Nederlandsch Indië voor 1879 in de Tweede Kamer der Staten-Generaal op 25-30 Nov. 1878. 's Gravenhage, 1878. 8°.

31. Wijck, Jhr. Mr. H. C. van der. Onze Staatkunde. Politieke beschouwingen. 's Gravenhage, 1878. 8°.

36. Brief (Open) aan den heer H. A. Insinger, over zijne aanvallen in de Tweede Kamer tegen de Indische „Planters" door geen planter. Amsterdam, 1879. 8°.

9. Wijck, Jhr. Mr. H. C. van der. Onze politiek. 's Gravenhage, 1879. 8°. 81. Kuyper, Dr. A. „Ons Program." Tweede druk. Amsterdam, 1880. gr. 8o. 18. Moore, Mr. W. C. J. van der. Nederlandsch-Indische brieven over de grondwetsherziening. Soerabaia, 1880. 8o.

17. (H[aakman, Mr. J. A.]). De Missive der Bataviasche Kamer van Koophandel aan Z. E. den Gouverneur-Generaal. (Overdruk „Bataviaasch Handelsblad"). (Batavia), [1884]. 8°.

80. Hartog, Mr. L. de. De gronden der staats-, provinciale en gemeenteinrichting van Nederland. Zesde, herziene druk. Leiden, (1887). 8°.

78. Asser, H. L. De buitenlandsche betrekkingen. 1860-1889. Schets eener Parlementaire Geschiedenis. Acad. Proefschr. Haarlem, 1889. 8°.

79. Rengers, Mr. W. J. van Welderen Baron. Schets eener parlementaire geschiedenis van Nederland sedert 1849. 's Gravenhage, 1889, 92, 93. 2 dln. in 3 bdn. 8°.

19. Daum, P. A. „Waarom de Minister Keuchenius viel". (Een stem uit Indië). Batavia, 1890. 8°.

22. Cremer, J. T. Koloniale politiek. Twee redevoeringen. Haarlem, 1891. 8o. 23. (E.). Koloniaal bezit en beheer. 's-Gravenhage, 1891. 8°.

73. Blanda [= Clercq, A. le]. Indië bij de stembus van 1901. Amsterdam, 1901. 8°.

75. Deventer, Mr. C. Th. van. Rechtvaardige koloniale politiek. Redevoering. 's Gravenhage], (1901). 8o.

77. Kol, H. van. Ontwerp-program voor de Nederlandsche koloniale politiek door te behandelen op het Congres der sociaaldemokratische arbeiderspartij te Utrecht 1901. (Overdruk „De Nieuwe Tijd”). Amsterdam, 1901. 8°.

0. Financieel beheer. Belastingen. Muntwezen. Opium- en Zoutmonopolie.

21. Alphen, D. F. van. Redevoering over het ontwerp van wet der geldleening ten behoeve van de overzeesche bezittingen, uitgesproken in de zitting der Staten Generaal van den 27 Febr. 1826. Vermeerderd met eene inleiding en eenige aanteekeningen. Leyden, 1826. 8°. Met tabellen.

162. Hall, Mr. F. A. van. Proeve van een onderzoek omtrent de schuld van het Koningrijk der Nederlanden. Amsterdam, 1840. 8°.

61. Regten (Inkomende en uitgaande) op dranken, katoenen, koopmansgoederen, enz. benevens verscheidene reglementen, tarieven en besluiten van Ned. Oost-Indië. Amsterdam, 1841. 8°.

25. Tönsen, A. C. E. Ontwerp over de middelen waardoor het mogelijk zoude kunnen gemaakt worden, om een groot gedeelte der Nederlandsche Nationale schuld op de Oostindische Koloniën te converteren,.. enz. Groningen, 1812. 8°.

37. Bosch, J. Graaf van den. Onderzoek naar de beginselen, waaraan de bezuinigingen en hoogere belastingen,.... behooren getoetst te worden, en naar doelmatige middelen, die deze zouden kunnen vervangen. Met 2 Vervolgen. 's Gravenhage-Amsterdam, 1843, 43, 44. 3 stukken in 1 band. 8°. Met tabellen.

89. Kruseman, J. D. Vrijmoedige gedachten over koloniale aangelegenheden. I. Het betaalmiddel in Ned.-Indië. II. Noodzakelijkheid van de herstelling van het Indisch betaalmiddel op goede grondslagen. 's Gravenhage, 1848. 2 stukken in 1 band. 8°.

110. Opium-pacht (Opbrengst der) en van alle andere gouvernement's verpachte middelen op Java en Madura, van af 1830 tot en met 1848, zoo mede staten van in- en uitvoer van opium van af 1825 tot en met 1847. Batavia, 1848. gr. fol.

38. Muller, J. De toestand der Nederlandsche finantien en de middelen tot herstel. Amsterdam, 1849. 8°.

88. Bosch, Mr. J. H. Graaf van den. Een viertal verhandelingen over de belangrijkste quaestiën, thans omtrent Java aan de orde van den dag. 1 Stuk. Over het betaalmiddel. 's Gravenhage, 1850. 8°.

93. Krajenbrink, J. A. Gedachten over eene regeling van het Indische muntstelsel. Tiel, 1850. 8°.

92. Brief (Een) over het ontwerp van wet tot regeling van het muntstelsel van Ned. Indië. Rotterdam, (1851). 8°.

90. [Herwerden, J. D. van]. Is eene zilver-circulatie voor onze OostInd. bezittingen wenschelijk? (Overdruk „Goudsch Kronijkske"). Gouda,

1851. 8°.

91. Mees, Mr. H. W. Opmerkingen omtrent het ontwerp van wet tot regeling van het muntstelsel van Ned. Indië. Rotterdam, 1851. 8°.

94. Mees, Mr. W. C. Het muntwezen van Nederlandsch Indië. Amsterdam, 1851. 8°.

39. Vreede, C. Het batig saldo op de inkomsten van de overzeesche bezittingen van het Koningrijk der Nederlanden,... dienstbaar gemaakt tot herstel, bevordering en bevestiging van de algemeene welvaart der ingezetenen, zoowel van dat rijk zelven, als van zijne koloniën; .... in brieven aan een lid van de Staten-Generaal. Zalt-Bommel, 1851. 8°.

« AnteriorContinuar »