Imágenes de páginas
PDF
EPUB

tafel. Ook deze prebendaris moest, gelijk trouwens al de kapelanen van de kerk, de koordiensten bijwonen.

Evenals die van St Thomas-altaar, werd de "kapelrij" van S. Maria de Ambra, later door afstammelingen der stichteres verrijkt.

Toen zij door bisschop Malderus aan de Scholastria werd toegevoegd, had zij nog den last van drie missen in de week.

Aan de "kapelrij“ van S. Maria de Ambra, werd in 1591 nog eene "kapelrij" toegevoegd welke, den 18n November 1590, aan Ste Barbara-altaar gesticht was door zekeren Jan van Dale. Krachtens die toevoeging kwam laatstgemelde te goed aan het altaar van de schoolopzieners.

De wedde van den actuarius werd op de Scholastria gelicht. Na 1607, werd zijn werkring sterker afgeteekend. Niet langer ziet men hem belast met het schrijfwerk. Hij beheert de kas der kapitalen van allen aard en bestemming, gelijk de zoogenaamde "meiers“ (majores) de kas van het inkomen beheerden. Deze laatste kas was drievoudig, of liever, zij had drie afdeelingen, te weten: de eigenlijke "meierij" of het rentmeesterschap; de "Intransie" of het inkomen wegens oogst en vruchten; het Polderwezen (1).

Beide kassen waren onafhankelijk van elkander, wat niet belette dat zij in sommige gevallen onderling afrekenden. Met andere woorden, de kas der kapitalen

(1) « Respectu bonorum Capituli duæ sunt mensæ. Una capitalium, altera proventuum. Quæ secunda subdividitur in Majoriam Intransiam & Polderum. Illa administratur per Actuarium & vocatur Actuaria. Hæ tres per Majores, ac si essent distincta officia, ob diversitatem tam recipiendorum, quam onerum ferendorum.» Getrokken uit een <<Status liquidationis faciendæ inter R. D. Canonicum Hillewerve et suum venerabile Capitulum juxta universalem computum, Actuariæ redditum Anno 1662. Exhibitus Anno 1668).

voorzag door voorschotten in de noodwendigheden èn van de Scholastria, èn van de Trezorie, èn van de Plebanie enz. als zoovele "departementen“, zoó nochtans dat de “kapelrijen" en ander inkomen persoonlijk voorrecht bleven hunner titularissen.

De menigvuldige ambtsplichten van den actuarius, volgens het nieuwe begrip dezes bediening vindt men opgesomd in de volgende volmacht of aanstelling.

Tenor procuratorii.

In Ordinario XXIIJ Octobris 1654.

Deken en Capittel der Cathedrale Kercke van Antwerpen verklaeren en certificeren, dat Wy op heden 23 October 1654 gheconstitueert, en machtigh ghemaeckt hebben, ghelijck constitueren, ende machtigh maeken mits desen den Eerweerdighen Heer François Hillewerve Canonick, ende Actuarius van onsen Capitele, om in den naeme des selfs, soo manuale, als schabinale quitancien en acquiten ter behoorlijcke forme en plaetse in qualiteyt van Actuarius te gheven ende passeren over aflegh van penninghen, quijtinghe van Renten, Chijnsen en diergelijcke ontlastinghe onsen Capitele, ende subalterne Kercken ofte Capelrijen der selve aengaende, de procederende penninghen, ghelijck oock hoedanighe andere onder zijn recepisse t'ontfangen. Mitsgaeders in de selve qualiteyt uyt onsen naeme, oock voor Wethouderen soo generale als speciale belastinghe onser goederen te erkennen, hypotheken te designeren, obligatien t'aenveerden, die teeckenen, zegelen, en passeren waer, ende soodanigh als noodigh wesen sal. Eensgelijckx obligatien t'onsen laste staende te quijten, in te trecken, op-ghenomen penninghen af te legghen en behoorlijck acquit te heysschen, ende voorder alles te doen' t'ghene Wy Constituanten inde ghementioneerde saecken souden moeten, moghen, oft konnen doen. Belovende altijdts voor goedt ende van weerden te houden t'ghene hy aldus in onsen naeme bericht sal hebben, onder verbintenisse prout de jure. In fidem ac robur. Actum in Capitulo Ordinario die quo supra sub sigillo Capituli & signaturis R. adm. Domini Decani, RR. DD.

Actuariorum defuncti ac deservientis. Signatum erat. F. Dinghens, decanus, H. v(an) Halmale, Franc. Hillewerve, Actuarius.

Mettertijd werd de actuarius belast met de boedelbeschrijving van weerspannige schuldenaars (1).

Met één woord, sinds 1637 handelde de actuarius des Kapittels naar den zin welken thans het hooger onderwijs en de bankhuizen, bij louter overeenkomen, hechten aan de woorden actuaire, actuarielles (2).

Ja, reeds in het eerste kwaart der zeventiende eeuw, had het Kapittel den woordenzin afgewend, met van zijnen griffier zijn hoogeren financiënbeheerder te maken.

Buiten de Acta Capituli, ambtelijke opstellen en processtukken, heeft de Actuaria ons geene eigenlijke archieven nagelaten.

Wij bezitten nog slechts hare rekeningen over de jaren 1742 tot en met 1794. 't Is niet veel: edoch, wij kunnen er ten minste de meest juiste lijst der actuarii uit opteekenen over het bedoelde tijdperk. Van 1645 af tot op 1734, zijn de opgaven enkel benaderend, zijnde getrokken uit verschillige plaatsen dierzelfde rekeningen. De andere worden opgegeven volgens de ambtelijke opteekeningen uit de Acta Capituli, die het kerkarchief nog bezit.

Onze lijst dan, somt de actuarii op sinds 1605, het jaar waarin de griffiers officieel dien titel kregen.

Ao 1605. Max. van Eynatten, S. T. L.

-

[merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small]

(1) Anno 1670. Datur ipsi commissio generalis ad descriptionem mobilium suppositorum ratione debitorum. ›

(2) Stammen af van het Engelsch actuary, afgeleid zelve van actum, supinum van agere, handelen.

1642 (2 Mei) Antoon (?) van Berchem.

[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small]

1716. Alf. Domin. van Ertborn, S. T. L. Christiaan Lud. Geelhand, J. U. L. P. Dubois.

1726.

1734 (26 November).

1738 (31 Maart) - 1740 (27 Februari). - J. B. Verspilt. 1740 1745 (16 October). - Nic. Diercxsens.

1745 (3 November) - 1746 (St Jan) Frs Jos. Verroten. 1746 (St Jan) - 1764 (13 Juni). -Joes. Frs Festraets. 1764 (18 Oogst) - 1768 (23 December). — Max. Henrart. 1768 (24 Dec.) - 1774 (23 Juni). Joes. Frs Festraets. 1774 (23 Juni) - 1784 (29 October). — Henr. Jos. De Wael. 1784 (3 November) - 1785 (30 April).

[ocr errors]

1785 (30 April) - 1790 (13 Februari).

[ocr errors]

J.-J. Bartels.

J. F. Pooters.

1790. Alfons. Joes. Herry. Stierf in functie zijnde. Hij had tot likwideerder:

1790 (13 Februari) - 1791 (17 September).-J.F. Pooters. 1791 (17 September) - 1794 (26 Juli).

A. van Celst.

De bewuste rekeningen der Actuaria zijn tamelijk rijk aan bescheiden nopens fundatiën, het onderhoud der kanunnikenhuizen, de herstellingen aan buitenpastoriën, kerken en torens, zonder nog te spreken van het beheer van talrijke kapitalen. Al deze zaken vallen buiten ons bestek, doch, het kan nut opleveren die bron aan te wijzen. EDM. GEUDENS.

OORKONDENBOEK

der abdij van S.-BERNAARTS op de Schelde

UITGEGEVEN DOOR DEN

E. H. P. J. GOETSCHALCKX

en Dom BENEDICTUS VAN DONINCK.

394.

De oversten van 't begijnhof te Vilvoorde maken de abdij van S. Bernaarts deelachtig aan al de gebeden en goede werken op hun hof geschiedend.

Mei 1278.

Viris venerabilibus, religiosis et discretis, domino abbati de loco sancti Bernardi, Cisterciensis ordinis, Cameracensis diocesis, totique eiusdem loci conventui, curatus, magistre, superiores et totus conventus beghinarum de Solacro sancte Marie juxta Filfordiam, in visceribus caritatis Jhesu Christi salutem. Exigente sincere devotionis vestre effectu quem ad curiam nostram ac personas, inibi commorantes, semper benevola promtitudine exhibuistis et exhibetis, pie petitioni vestre, nobis per venerabilem patrem, dominum abbatem vestrum, curie nostre provisorem, exhibite, humili gratoque concurrentes assensu, concedimus vobis omnibus et singulis, tam presentibus quam futuris, in perpetuum plenariam participationem omnium vigiliarum, orationum, missarum, disciplinarum, laborum, jejuniorum, et ceterorum bonorum, que a nobis omnibus et singulis cotidie fiunt et de cetero fient, Domino largiente, ita quod, cum obitus personarum vestrarum fuerit nobis intimatus, tantum pro quolibet vestrum a nobis omnibus et singulis fieri volumus, quantum pro personis nostre curie decedentibus facere consuevimus ac tenemur. Et quum apud omnipotentem Dominum pro suis beneficiis nobis conferendis vestro plerumque auxilio indigemus, id a vestra devotione precibus nostris humilibus petimus, ut personis ex collegio nostro decedentibus singulis annis unum servitium velitis more vestri ordinis impertiri. In cuius rei testimonium presentes litteras vestre caritati transmittimus sigillo nostre curie roboratas. Datum anno Domini Mo CC. LXXo octavo mense Maio.

S.-A. Oorspronkelijke handvest, groot 11 X 22 3/4 cm.

« AnteriorContinuar »