Imágenes de páginas
PDF
EPUB

taak op, de plaatsing der vaderen te helpen ordenen en den zetel hun aan te wijzen. (Labbe, Sacrosancta Concilia, XII, bl. 467.) Nog gunstiger getuigt voor hem, dat hij in Januari 1432 met den hoogwaardigen bisschop van Lausanne werd afgevaardigd naar Z. H. paus Eugenius IV, om van dezen te verwerven, dat de vergadering te Bazel haar wettigen voortgang mocht hebben. In weerwil van hun ijverig pogen, slaagden ze geenszins in die zending: vol van verdriet. over het mislukken daarvan, keerden zij weder, zegt ons de Fleury (Histoire Ecclesiastique, XV bl. 18.) Allicht had die schrijver zich beter kunnen uitdrukken; maar voor den koorbisschop van Utrecht schijnt die tegenspoed de aanleiding te zijn geweest, om weldra zich los te maken van de Bazelsche vergadering, die een verkeerd spoor begon in te slaan,

Op den Paus en zijne omgeving moet »Meyster Scatter toen een gunstigen indruk hebben gemaakt, daar hij weldra van die zijde met een post van vertrouwen werd vereerd. Want van zijn Roomsche reize

dus meenen we is het een gevolg, dat hij straks te Utrecht mocht optreden als gezant van den H. Stoel en voor dit bisdom was gesteld tot gadermeester der inkomsten, vervallen aan de Apostolische Kamer. Zelf deelt hij dit ons meê in eene oorkonde van 5 September 1432, welke zijn zegel draagt. (Zie aan het slot.) Te Utrecht zoo meenen we moet dit stuk gegeven zijn; want in September van gemeld jaar vinden we Mr Scatter aldaar terug.

Van zijn dekenschap in de Domkerk is er alsdan geen spraak meer, al had ook de hoogwaardige bisschop van Maçon, toen hij in Juni van datzelfde jaar namens Z. H. den Paus de scheuring in Utrechts kerk

ARCHIEF XXX.

20

bijlegde, en alles op den ouden voet herstelde, met de decanie van den Dom eene uitzondering gemaakt. (A. Matthaei Analecta, V bl. 488.) Tusschen Juni en September zijn blijkbaar ook de moeilijkheden met den. domdeken bijgelegd, met gevolg, dat H. van Lockhorst steeds weer in zijn oude waardigheid voorkomt. Wat echter Mr Scatter betreft, deze erlangde den 19en van laatstgenoemde maand in Utrechts Domkerk het toevoegsel, dat den domheeren ter verbetering hunner proeve placht te worden verleend na eenige jaren van dienst.

In den loop van het volgend jaar 1433 toog de vaardige >>Meyster<< naar Leuven, om aan de hooge school aldaar zich te verbinden: hij werd er ingeschreven als >>Dr Henricus Scatter, doctor in medicinis, Traj(ectensis) dioc(esis).« Niet lang daarna, op 15 November, meldde hij zich aan bij den raad der hooge school, verzocht plaats in dien achtbaren kring, en verwierf wat hij begeerde. Hij werd er een der invloedrijkste mannen van het vak der geneeskunde: dikwijls genoeg zien we in de zittingen van den raad hem op den voorgrond treden. Een der eerste malen hing het samen met zijn vroegere betrekking tot de kerk van Utrecht. Op 9 Maart 1434 namelijk diende hij bij gemelden raad zijn verzoek in, om een vriendelijk schrijven te richten aan de kapittels van den Dom en Oudmunster te Utrecht, met inslassching van de voorrechten der hooge school. Dit zal wel samenhangen met de waarborging van het volle genot der kerkelijke beneficiën, door paus Martinus V aan de Leuvenaren gegeven: aan Mr Scatter zou dit thans te stade komen.

In dezelfde zitting van 9 Maart wendde ook de hooge

school zich tot evengenoemden hoogleeraar met een belangrijke opdracht. Sinds een jaar ongeveer was er beraadslaagd over een gezantschap naar de kerkvergadering te Basel, wier opening wij hiervoren vermeldden. Naar het schijnt, drong Brabants hertog Fhilips de Goede op die zending aan. In het midden van Februari 1434 waren er gunstige berichten gekomen, die inhielden, dat de verhouding der Vaderen tot Z. H. den Paus op beteren voet was geraakt. Daarom werd besloten, dat het gezantschap nu voortgang zou hebben, dat drie afgevaardigden van Leuven naar Basel zouden gaan. Hierop volgen dan twee nadere besluiten, genomen op 9 en 19 Maart, bepalende dat aan de drie vroeger verkoren gezanten nog zal worden toegevoegd Meyster Hendrik Scatter, als bijzonder rechtsvoorstander en zaakgelastigde der hooge school. Doch spoedig betrok de lucht: er kwamen buien op. Daar rees geschil over den voorrang gegeven aan Mr Scatter. (Zitting van 3 April.) De uitslag was, dat te midden van Mei het gezantschap heentoog, maar zonder hem, wiens voorrang was betwist. Deze bleef te huis. Bewijs hiervoor levert de zitting van 15 Mei, waarin de geloofsbrieven der afgezanten werden bezegeld, en tevens aan heer Scatter opdracht werd gegeven om aan het slot der Meimaand met andere zijne genoten te staan over het afnemen eener rekening te Leuven. Dat Mr Scatter te huis bleef, blijkt ook uit de zitting van 7 Juni. Daar vernemen we eerst de tijding van het terugroepen der afgevaardigden en zien dan den heer Scatter in eigen persoon er optreden met de klacht, dat men achter rugges hem eene klad had aangewreven, als hadde hij bij den hertog en diens raad bewerkt, dat het gezantschap

was teruggeroepen; 't geen onwaarheid bevatte. Als Valer. Andreas in zijne Fasti Academici, (bl. 226, 334) dan beweert, dat Henricus Scatter geweest is >> syndicus et procurator procurator universitatis in Concilio Basileensi«<, dan geeft hij wel blijk, iets gelezen te hebben van 't geen in de zitting van 19 Maart ter Hooge school van Leuven werd besloten, maar toont niet te hebben bemerkt, dat gemeld besluit straks in het water viel.

Om wille der waarheid moest dit in het licht worden gesteld; maar aan de waardeering, welke Mr Scatter te Leuven genoot, deed het geenszins afbreuk. In het midden van Mei des jaars 1434 stond hij reeds als deken aan het hoofd van de faculteit der geneeskunde; op 31 Augustus van hetzelfde jaar werd hij tegelijk met vier andere heeren gekozen tot »judices appellationum«<; op 26 Februari van het volgend jaar koos de Universiteit hem tot haar verheven hoofd, een ambt welks dragers toen om het vierdeljaars plachten af te treden. Vandaar dat we Meyster Scatter op 24 Augustus 1435 vermeld vinden als >> gewezen rector<, onder bijvoeging dat hij toen van Leuven afwezig was. Dit laatste kan zijnen grond hebben gehad in den vacantie-tijd, die toen was ingetreden. Maar als op 15 Januari 1436 Henricus Scatter nog als afwezig wordt vermeld, en verder in de handelingen der hooge school niet meer van hem wordt gewaagd, dan zullen we wel het besluit moeten trekken, dat de hoogleeraar zijnen leerstoel te Leuven voor goed had verlaten.

We verliezen den »Meyster« hier uit het oog. Is hij toen soms naar Parijs teruggekeerd, of nog verder naar het zuiden getogen? Men zou het vermoeden. als men ziet, dat hij in 1436 zijne proeve in Utrechts

Domkerk overdraagt aan heer Jan Uten Elsweert; doch geraakt weer in twijfel, als men verneemt, dat hij in het bezit der waardigheid van het Utrechtsche koorbisdom moet zijn gebleven tot den tijd toen heer Dirk van Oudecoop daarmeê bekleed werd, op Allerkinderen-dag van het jaar 1443/4

Een bijna gelijke waardigheid als te Utrecht had Mr Scatter zooals we boven zagen zich verworven in de Domkerk van Luik, die van zangmeester (cantor), welke hij droeg tot in Mei van het jaar 1443 en toen aflegde. Maar gelijktijdig, op den 25en dier maand, werd hij door het Luiksche Domkapittel tot zijn deken verkozen en op den zevenden der volgende maand in het bezit dezer waardigheid gesteld. (Analectes, XXIII bl. 462.)

Den eersten tijd van zijn dekenschap schijnt de >> Meyster << nog niet binnen Luik te hebben doorgebracht, wijl we op 19 April 1444 in den Dom aldaar nog een onder-deken ontmoeten (Analectes, XXVI bl. 333.) Maar daarna heeft hij de gewichtige taak op de eigen schouders genomen. Den 25 Februari 1446 vonden we hem bezig in het vervullen zijner hooge betrekking. (Analectes, XXIII bl. 472.) In 1451 toog hij heen naar een beter leven. Op 15 Febr. 1452 bezit de Domkerk van Luik een nieuwen deken in Joannes de Monte.

Eindelijk volge hier nog, wat over Mr Hendrik Scatter werd aangeteekend door den laatsten vicaris van Ste Barbara in Utrechts Dom, Wouter Brock, die met veel zorg uit de oude bescheiden zijner kerk heeft bijeengegaard eene reeks van korte schetsen over de waardigheidsbekleeders en kanunniken in

« AnteriorContinuar »